De verschillende pensioenpijlers
Het Belgische pensioensysteem bestaat uit vier ‘pijlers’.
- De eerste pijler is het wettelijk pensioen. Als je aan het einde van je loopbaan stopt met werken, krijg je van de overheid een wettelijk pensioen. Hoeveel je gaat krijgen is afhankelijk van jouw carrière: hoe hoog jouw loon was, hoeveel jaren je gewerkt hebt en jouw statuut — ambtenaar, werknemer of zelfstandige.
- De tweede pijler zorgt voor een aanvullend pensioen dat door jouw werkgever of sector wordt betaald.
- In de derde pijler bouw je zelf, op een fiscaalvriendelijke manier, een extra pensioenkapitaal op. Dit gebeurt meestal met pensioensparen en/of langetermijnsparen. Je neemt hiervoor zelf het initiatief, het systeem staat dus los van een eventuele tewerkstelling.
- De vierde pijler is gelijkaardig aan de derde: je bouwt op eigen initiatief extra pensioenkapitaal op, maar dan zonder fiscaal voordeel. Het gaat dan meestal om spaarrekeningen, beleggingsfondsen of verzekeringsproducten.